De overheid is wel of niet integer.
Aldus Ien Dales, voormalig PvdA Minister van Binnenlandse Zaken in een rede voor het VNG-congres in 1992.
Waarom maken we ons druk over integriteit?
Eenieder die zich de vraag stelt “ben ik integer bezig” handelt uiteindelijk in het belang van de rechtsstaat en de democratie. Ik leg dat uit.
Eerst komt het fatsoen en de moraal en pas veel later de regels.
Het gaat om de vraag van goed en kwaad. Van politici, bestuurders en ambtenaren wordt namelijk een hoge moraal gevraagd. En zeker de politieke en ambtelijke top moet worden gekenmerkt door moed, karakter en zichtbare onkreukbaarheid.
Integriteit gaat niet alleen om fraude en corruptie maar eerder om het brede begrip machtsbederf. Daarbij gaat het om ontbinding, verval, vervagingen van normen. Het gaat ook om het sluipend gevaar van bezoedeling van de ambtelijke en politieke reputatie, van de aantasting van de integriteit van bestuurders, van ontkenning van de hoge waarden waarvoor de democratische rechtsstaat staat. Ook het niet actief optreden tegen normvervaging binnen organisaties is fnuikend. Permanente waakzaamheid is daarvoor noodzakelijk.
Met de integriteit van de overheid valt of staat het bestuur. Aantasting van de integriteit van de overheid betekent niet minder dan dat de overheid het vertrouwen van de burgers verliest. En zonder dat vertrouwen van de burgers kan de democratie niet. Dan is er geen democratie meer.
De bovenstaande tekst is ontleend aan de genoemde rede van Ien Dales, die ook is opgenomen in het recent verschenen boek over haar, waarin een hoofdstuk gewijd is aan haar inzet voor een integere overheid.